geld- Almanca-çeviri - Langenscheidt Hollandaca-Almanca sözlük

"geld" Almanca çeviri

„geld“: onzijdig

geld

onzijdig | Neutrum, sächlich n

Tüm çevirilere genel bakış

(Daha fazla ayrıntı için çeviriye tıklayın/dokunun)

Geld

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n
geld

geld

Örnekler

vals geld

Falschgeldonzijdig | Neutrum, sächlich n

vals geld
vast geld

Festgeldonzijdig | Neutrum, sächlich n

vast geld
vreemd geld

fremde (of | oderod ausländische) Währungvrouwelijk | Femininum, weiblich f

vreemd geld
grof (of | oderod een hoop) geld omgangstaal | umgangssprachlichumg

ein Haufenmannelijk | Maskulinum, männlich m (of | oderod eine Menge) Geld omgangstaal | umgangssprachlichumg

grof (of | oderod een hoop) geld omgangstaal | umgangssprachlichumg
geld als water

Geld wie Heu

geld als water
het geld groeit hem niet op de rug

er kann es sich nicht aus den Rippen schneiden

het geld groeit hem niet op de rug
te gelde maken

zu Geld machen

te gelde maken
te gelde maken economie | WirtschaftWIRTSCH

ook | aucha. realisieren

te gelde maken economie | WirtschaftWIRTSCH
om (of | oderod voor) het geld

des Geldes wegen

om (of | oderod voor) het geld
voor geen geld (ter wereld)

um keinen Preis

voor geen geld (ter wereld)
voor half geld reizen

zum halben Preis reisen (of | oderod fahren)

voor half geld reizen
voor hetzelfde geld figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

genauso gut figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

voor hetzelfde geld figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig
zonder geld zitten

kein Geld haben

zonder geld zitten

Örnekleri gizleÖrnekleri göster

Şu sözcük için örnek cümleler: "geld"

aan geld raken

zu Geld kommen

aan geld raken

een bom geld (of | oderod duiten)

ein Haufen Geld, ein Heidengeld omgangstaal | umgangssprachlichumg

een bom geld (of | oderod duiten)

iemand van zijn geld afhelpen

jemanden um sein Geld bringen ironisch | ironischiron

iemand van zijn geld afhelpen

ik kom geld te kort

mir fehlt Geld

ik kom geld te kort

eierenmeervoud | Plural pl voor zijn geld kiezen

klein beigeben figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

eierenmeervoud | Plural pl voor zijn geld kiezen

het witwassen van (zwart) geld

die Geldwäsche

het witwassen van (zwart) geld

hij heeft geld zat

er hat Geld wie Heu

hij heeft geld zat

gebrek aan geld (ruimte)

Geldmangel (Raummangel)mannelijk | Maskulinum, männlich m

gebrek aan geld (ruimte)

bulken van het geld

im Geld schwimmen omgangstaal | umgangssprachlichumg

bulken van het geld

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n in deposito geven

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n hinterlegen, in ein Depot geben

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n in deposito geven

een hoop geld

ein Heidengeldonzijdig | Neutrum, sächlich n omgangstaal | umgangssprachlichumg

een hoop geld

contant geldonzijdig | Neutrum, sächlich n

Bargeldonzijdig | Neutrum, sächlich n

Barschaftvrouwelijk | Femininum, weiblich f

contant geldonzijdig | Neutrum, sächlich n

al het geld

alles Geld, das ganze Geld

al het geld

een hoop geld

eine Menge Geld

een hoop geld

geld als water

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n wie Heu figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

geld als water

eierenmeervoud | Plural pl voor zijn geld kiezen

auf Nummer sicher gehen

eierenmeervoud | Plural pl voor zijn geld kiezen

gereed geldonzijdig | Neutrum, sächlich n

Bargeldonzijdig | Neutrum, sächlich n

verfügbares Kapitalonzijdig | Neutrum, sächlich n

gereed geldonzijdig | Neutrum, sächlich n

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n in het laatje brengen

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n in die Kasse bringen

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n in het laatje brengen

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n (etenonzijdig | Neutrum, sächlich n) uit de muur

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n (Essenonzijdig | Neutrum, sächlich n) aus dem Automaten omgangstaal | umgangssprachlichumg

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n (etenonzijdig | Neutrum, sächlich n) uit de muur

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n op iets toeleggen

Geldonzijdig | Neutrum, sächlich n bei einer Sache zusetzen

geldonzijdig | Neutrum, sächlich n op iets toeleggen